Algemeen
Echt lepelblad is een typische kustbewoner (zie verspreidingskaartje). Helaas is het Deens lepelblad (Cochlearia danica) dit ook. Deze is ook een stuk algemener en komt op meer plaatsen in Nederland voor. Beide lijken heel veel op elkaar. Dus ook hier weer, een goede flora is handig. Om het verhaal nog completer te maken komt in Nederland ook het zeldzamere Engels lepelblad (Cochlearia anglica) voor. En alle drie de soorten kruisen ook vaak met elkaar! Mocht iemand het toch willen weten. In deze tabel op het forum van waarnemingen.nl staan ze allemaal op een rijtje met de verschillen en overeenkomsten. Zowel Echt- als Deens lepelblad is tegenwoordig veel te vinden langs wegbermen. Dit komt omdat autowegen 's winters veel worden bestrooid met zout. Dit zout spoelt naar de kanten en aangezien beide planten zoutminnend zijn ontkiemen de zaden ook prima op wegbermen. Het grappige is dat op deze manier bijna het gehele Nederlandse wegennet in kaart is gebracht a.d.v. een verspreidingskaart van Deens lepelblad door Nature today. Echt lepelblad bloeit in Mei tot en met Juni.
In 1700 publiceerde de Franse botanicus Joseph Pitton de Tournefort (5 juni 1656 - 28 december 1708) al een 3-delige boekenserie Institutiones Rei Herbariae met daarin een prachtige afbeelding van de bloem (delen) van deze plant.
Op de website van Flora van Nederland is een Videodeterminatie van deze plant te zien.
Verklaring Nederlandse naam
Hoe komt een Nederlandse naam tot stand?
Nederlandse plantennamen zijn te vinden op een standaardlijst opgesteld door FLORON en Naturalis. Nieuwe Nederlandse namen voor wilde planten worden niet zomaar gekozen. Een comité van Nederlandse en Vlaamse taxonomen beoordeelt de voorstellen. Zelf een voorstel voor een nieuwe naam doen, mag natuurlijk. Zeker als de nieuwe soort zelf is gevonden. Iedereen vanaf Nederlands sprekend België tot aan Friesland moet tenslotte weten dat het om dezelfde plant gaat.
Vaak hebben planten al een Nederlandse naam. Dat is bijvoorbeeld het geval bij soorten die al geruime tijd in België voorkwamen, en bij cultuurgewassen. Voor namen van cultuurgewassen wordt ook gebruik gemaakt van de Standaardlijst van Nederlandse namen van cultuurplanten van NAK tuinbouw.
De commissie voor Nederlandse Plantennamen bestaat uit de volgende disciplines:
- Naturalis biodeversity center, sectie Botanie, Leiden
- Nationale Plantentuin, Meise (België), 3 personen
- FLORON Nijmegen
De bladeren bij de grond zijn lang gesteeld en lepelvormig. Hieraan heeft de plant zijn naam te danken.
Meer
Zie ook de wetenschappelijke verklaring.
Namen in andere talen
- Frysk: Leppelblêd/Deensk leppelblêd
- English: Common scurvy-grass, Scurvy-grass
- Français: Cochléaire officinale
- Deutsch: Löffelkraut
- Espanõl: Coclearia, Hierba de Cucharas
- Italiano: Coclearia medicinale
- Svenska: Skörbjuggsört
- Norsk: Skjørbuksurt
- Dansk: Læge-Kokleare
Verklaring Buitenlandse namen
De Engelse naam is Scurvy-grass. Scurvy betekent "scheurbuik" en Grass betekent "gras". Lepelblad is absoluut geen gras maar lid van de Kruisbloemenfamilie (Cruciferae of Brassicaceae). Door een verhoogd Vitamine C gehalte werd het vroeger gebruikt door scheepslieden om scheurbuik te voorkomen.
Voor de verspreiding van deze Cochlearia officinalis in Engeland zie deze kaart.
Voor de verspreiding van deze Cochlearia danica in Engeland zie deze kaart.
De Franse naam is Cochléaire officinale. Dit is de Franse benaming voor de volledige wetenschappelijke naam.
De Duitse naam is Löffelkraut. Löffel betekent "lepel" en Kraut betekent "kruid".
Voor de verspreiding van Echt/Deens lepelblad in Duitsland zie deze kaart.
Er zijn twee Spaanse namen:
- Coclearia: Dit is de eerste wetenschappelijke naam.
- Hierba de Cucharas: Hierba betekent "kruid" De betekent "van". Cucharas betekent "lepel".
In Spanje kent men minstens vier namen voor elke plant. De algemene volksnaam, de Catalaanse naam (Provincie in Noord+Oost Spanje tegen de Pyreneeën aan), de Gallische naam (provincie in Noord-West-Spanje) en de Baskische naam (provincie in West-Spanje tegen de Pyreneeën aan). Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt,
De Italiaanse naam is Coclearia medicinale. Dit is ongeveer te vertalen als "genezende cochlearia". Het is dus de Italiaanse benaming voor het eerste gedeelte van de wetenschappelijke naam. Deze plant komt in Italië niet of nauwelijks voor vandaar dat er geen onderscheid is tussen Echt en Deens lepelblad.
Er is niet één specifieke Italiaanse naam voor een plant, dit verschilt per regio. Er is een algemene volksnaam en ook nog een variatie of een volledige andere naam in een van de 17 provincies. Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.
De Zweedse en Noorse naam is min of meer gelijk, Skörbjuggsört/Skjørbuksurt. Skörbjuggs/Skjørbuks betekent "scheurbuik". Ört/eurt/urt is de Scandinavische term voor "kruid".
Voor de verspreiding van Echt/Deens lepelblad in Zweden zie deze kaart.
De Deense naam is Læge-Kokleare: Læge betekent "arts/dokter" Deze naam benadrukt de medische toepassing (scheurbuik). Kokleare is de Deense benaming voor het eerste deel van de wetenschappelijke naam. Een plant met het voegsel Officinalis bij de wetenschappelijke naam krijgt in Denemarken vaak het voegsel Læge voor de Deense naam.
Verspreiding Echt/Deens lepelblad
FLORON Verspreidingsatlas vaatplanten