Korrelganzenvoet

Algemeen

Eerlijk is eerlijk vóór het schrijven van dit artikel wist ik niet eens van het bestaan af van deze Ganzenvoet-soort. Deze plant is in staat om niet op te vallen terwijl hij zeer algemeen is. Dat komt omdat een Ganzenvoet-soort niet spectaculair bloeit en niet van een afstand al indrukwekkend is. Meestal loop je de plant voorbij op zoek naar andere planten. Maar hij bloeit wel degelijk. Je moet het wel van dichtbij bekijken maar het is in Juli tot en bet September.

Voorheen behoorde deze plant tot het geslacht Chenopodium. Maar sinds 2012 zijn sommige soorten ingedeeld in een eigen geslacht. Dit word bij de uitleg van de wetenschappelijke naam uitgelegd. Korrelganzenvoet is dus sinds dien de enige soort die in het wild voor komt in het geslacht Oxybasis.

Er komen minstens 11 soorten die Ganzenvoet heten, maar dus lang niet altijd tot het geslacht Chenopodium behoren, in het wild voor in Nederland:

  • Beursjes ganzenvoet (Oxybasis chenopodioides ) - Zeer zeldzaam
  • Esdoornganzenvoet (Chenopodiastrum hybridum) - Zeldzaam
  • Korrelganzenvoet (Lipandra polysperma/Chenopodium polyspermum) - Algemeen
  • Liggende ganzenvoet (Dysphaniapumilio) - Vrij zeldzaam
  • Melganzenvoet (Chenopodium album) - Vrij algemeen
  • Muurganzenvoet (Chenopodiastrummurale) - Zeldzaam
  • Rode ganzenvoet (Oxybasis rubra) - Algemeen
  • Stinkende Ganzenvoet (Chenopodium vulvaria) - Zeer zeldzaam
  • Stippelganzenvoet (Chenopodium ficifolium) - Algemeen
  • Welriekende ganzenvoet (Dysphania ambrosioides) - Vrij zeldzaam
  • Zeegroene ganzenvoet (Oxybasis glauca) - Algemeen

Verklaring Nederlandse naam

Omdat de (zeer kleine) zaden niet zoals gebruikelijk in een zaaddoos zitten maar vrij zichtbaat zijn (net als bijv. bij Glad parelzaad (Lithospermum officinale) lijkt het of deze plant bezaaid is met kleine korretjes.

Het woord Ganzenvoet komt van het feit dat sommige soorten van dit geslacht stengelbladeren hebben die de vorm hebben van een ganzenpoot/voet. Deze dus niet.

Meer

Zie ook de wetenschappelijke verklaring

Namen in andere talen

  • Frysk: Rinmealje
  • English: Many-seeded goosefoot
  • Français: Chénopode à graines nombreuses
  • Deutsch: Vielsamiger Gänsefuß
  • Espanõl: Bledo negro
  • Italiano: Chenopodio polispermo
  • Svenska: Fiskmålla
  • Norsk: Frømelde
  • Dansk: Mangefrøet gåsefod

Verklaring Buitenlandse namen

De Engelse naam is Many-seeded goosefoot. Dit betekent "veelzadige Ganzenvoet". Doordat de zaden niet in een zaaddoos zitten lijkt deze Ganzen-voet-soort veel zaden te hebben want ze zijn verspreid over de gehele plant.

De Franse naam is Chénopode à graines nombreuses. Dit betekent "Chenopodium met ontelbare zaden". Chenopodium is het synoniem voor die andere geslachtsnaam, Lipandra. Het is verder gelijk aan de Engelse naam.

De Duitse naam is Vielsamiger Gänsefuß. Dit betekent ook weer"veelzadige Ganzenvoet".

De Spaanse naam is Bledo negro. Dit betekent "zwarte Amarant". Niet om een of andere duistere reden maar gewoon omdat deze plant deel uit maakt van de Amarantenfamilie en omdat het zaad van Korrelganzenvoet eerst rood is en verkleurt naar zwart.

In Spanje kent men minstens vier namen voor elke plant. De algemene volksnaam, de Catalaanse naam (Provincie in Noord+Oost Spanje tegen de Pyreneeën aan), de Gallische naam (provincie in Noord-West-Spanje) en de Baskische naam (provincie in West-Spanje tegen de Pyreneeën aan). Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.

De Italiaanse naam is Chenopodio polispermo. Dit is de Italiaanse benaming voor een van de twee wetenschappelijke namen voor deze plant.

Er is niet één specifieke Italiaanse naam voor een plant, dit verschilt per regio. Er is een algemene volksnaam en ook nog een variatie of een volledige andere naam in een van de 17 provincies. Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.

De Zweedse naam is Fiskmålla. Fisk betekent natuurlijk "vis". Dit verwijst naar het oude gebruik van de zaden van deze plant die werden gebruikt als aas bij het vissen. Het woord Målla is waarschijnlijk afgeleid van Möla dat "molen" betekent. De plek waar natuurlijk meel te vinden is, verwijzend naar de witte "meel" laag op de plant. Alhoewel deze naam meer toebehoort aan Melganzenvoet (Chenopodium album). Alle Ganzenvoet-soorten het in Zweden Målla.

De Noorse naam is Frømelde. Dit betekent "zaadmelde". Waarschijnlijk om dezelfde reden als de Engelse naam. Een Melde-soort (Ganzenvoetsoort) waarbij het zaad te zien is.

De Deense naam is Mangefrøet gåsefod. Dit betekent "veelzadige Ganzenvoet", net als in diverse andere talen.

Ecologie & Verspreiding

Ecologie

Bodem
Zonnige, open plaatsen (pioniervegetaties) op matig vochtige tot vrij natte, voedselrijke, kalkarme, vaak zandige, omgewerkte grond en op drooggevallen plekken. Ook op brakke plaatsen (zand, leem, zavel en lichte klei).

Groeiplaats
Akkers (akkers en akkerranden), moestuinen, bermen (open plaatsen), braakliggende grond, wijngaarden, plantsoenen, langs spoorwegen (spoorwegterreinen), waterkanten (o.a. drooggevallen oevers van rivieren) en afgravingen.

Verspreiding

Nederland
Algemeen, maar vrij zeldzaam in het noordoosten, het noordelijk zeekleigebied en op de Waddeneilanden.

Vlaanderen
Vrij algemeen. Het meest in de Zand- en Zandleemstreek en de Maasvallei.

Wallonië
Vrij algemeen, maar vrij zeldzaam in de Ardennen.

Wereld
Europa, behalve in de noordelijkste en westelijkste delen. Oostelijk tot in Midden-Azië. Ingevoerd in Noord-Amerika en Zuid-Afrika.

Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL

Verspreiding

Verspreiding Korrelganzenvoet

FLORON Verspreidingsatlas vaatplanten

Foto's