Algemeen
In Nederland kennen we twee Postelein soorten, namelijk de Roze winterpostelein (Claytonia sibirica) en de (Witte) winterpostelein Claytonia perfoliata. Deze laatste komt uit noord-Amerika. Daar werd hij gegeten door Indianen en Goudzoekers. Deze groente was rijk aan vitamine C en bleek later uiteraard een prima middel tegen scheurbuik. Hierdoor werd deze plant ook in Europa (in de negentiende eeuw) bekend en massaal geteeld. Nu niet meer maar (Witte) winterpostelein komt algemeen in het wild voor in Nederland. Roze winterpostelein heeft ongeveer dezelfde weg afgelegd (de plant komt ook uit Amerika). Niet om zijn eetbaarheid maar gewoon omdat het een mooie tuinplant was/is. Halverwege de twintigste eeuw verspreidde deze plant zich over heel Europa. Beide planten zijn de enige Postelein (Claytonia) soorten die in het wild voor komen in Nederland. Winterpostelein is een heel andere soort als de Postelein (Portulaca oleracea) die veel mensen kennen als de spinazie-achtige groente. Dit word uitgelegd bij de paragraaf Plant in het nieuws. Roze winterpostelein bloeit vanaf April tot en met Juni.
Verklaring Nederlandse naam
Roze is natuurlijk vanwege de bloemkleur en als tegenhanger van die andere postelein-soort, (Witte) Winterpostelein (Claytonia perfoliata).
Met het woord "winter" wordt bedoeld dat het plantje winterhard is (het overleeft de winter zonder extra warmte e.d.).
Op de site van het online etmologisch woordenboek, etymologie.nl, staat 'Het woord is ontleend aan Oudfrans porcelaine 'postelein' (14e eeuw), dat ontleend is aan Italiaans porcellana 'groente' (1310), via vulgair Latijn *porcillana ontwikkeld uit klassiek Latijn porcil(l)āca, een nevenvorm bij Plinius de Oudere van portulāca 'groente'. Deze nevenvorm is misschien ontstaan door volksetymologische invloed van porcus 'varken', omdat varkens de groente graag zouden eten'.
Een andere verklaring is dat Postelein komt van het Romeinse Portulaca. Portulaca is Latijn en betekent "hekje/poortje". De zaden van deze plant bevinden zich na de bloei keurig in een doosje dat op 1/2 van de lengte geopend kan worden. Door dit 'poortje kunnen de zaden na rijping vrij komen
Meer
Zie ook de wetenschappelijke vertaling.
Namen in andere talen
- Frysk: Rôze winterposlein
- English: Pink Purslane
- Français: Claytonie de Sibérie
- Deutsch: Sibirisches Tellerkraut
- Espanõl: ?
- Italiano: Calytonia Siberiana
- Svenska: Vårsköna
- Norsk: Sibirportulakk
- Dansk: Sibirisk Vinterportulak
verklaring Buitenlandse namen
De Engelse naam is Pink Purslane. Dit betekent "roze purslane". Bij het verhaal Algemeen staat dat er o.a. ook een witte vorm voor komt. Purslane is van het Oudfranse Porceleine. Dit is het gepolijste laagje wat op schelpen zit. Dit kan weer worden vergeleken met de glans op de stengelbladeren van Postelein.
Voor de verspreiding van Roze winterpostelein in Engeland zie deze kaart.
De Franse naam is Claytonie de Sibérie. Dit is de Franse benaming voor de volledige wetenschappelijke naam.
De Duitse naam is Sibirisches Tellerkraut. Dit betekent "siberisch tellerkruid". Het Siberisch wordt o.a bij de Franse naam uitgelegd. Alle Posteleinsoorten (Claytonia) heten in Duitsland Tellerkraut. Dit betekent "plaatkruid". Hiermee wordt eigenlijk de Witte winterpostelein (Claytonia perfoliata, synoniem: Montia perfoliata) bedoeld. De bovenste stengelbladeren zitten rond de stengel en hebben de vorm van een soort plaat/schotel. De witte bloemen hebben zich als het ware doorheen geboord en zitten dan in het midden van het blad/plaat/schotel.
De Spaanse naam is mij onbekend. Er zijn ook geen waarnemingen in Spanje.
De Italiaanse naam is Calytonia Siberiana. Dit is de Italiaanse benaming voor de wetenschappelijke naam.
Er is niet één specifieke Italiaanse naam voor een plant, dit verschilt per regio. Er is een algemene volksnaam en ook nog een variatie of een volledige andere naam in een van de 17 provincies. Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.
De Zweedse naam is Vårsköna. Dit betekent "lente schoonheid". De Winterpostelein is een echte lentebloeier (vanaf Mei tot en met Augustus).
Voor de verspreiding van Roze winterpostelein in Zweden zie deze kaart.
De Noorse en Deense naam is nagenoeg gelijk, Sibirportulakk/Sibirisk Vinterportulak. Dit is de Noors/Deense benaming van de wetenschappelijke naam. Vroeger was de soort opgenomen in de posteleinfamilie (Portulacaceae) vandaar de Noors/Deense naam Portula(k)k.
Ecologie & Verspreiding
Ecologie
Bodem
Halfbeschaduwde tot beschaduwde plaatsen op droge tot vochtige, matig voedselrijke tot voedselrijke, humushoudende, zure, vaak kalkarme en omgewerkte grond (zand en leem).
Groeiplaats
Bossen (omgewerkte grond in loofbossen en naaldbossen en parkbossen), bosranden, heggen, struwelen, waterkanten (beschaduwde beekoevers), kwekerijen, tuinen, plantsoenen, begraafplaatsen en soms tussen straatstenen (weinig belopen delen).
Verspreiding
Nederland
Plaatselijk vrij algemeen in het oosten en midden van het land, in de Hollandse en Zeeuwse duinen en in stedelijke gebieden. Ingeburgerd tussen 1925 en 1949.
Vlaanderen
Zeer zeldzaam ingeburgerd. Het meest in de Kempen. De soort breidt zich uit.
Wallonië
Niet in Wallonië.
Wereld
Oorspronkelijk uit Noordoost-Azië en het noordwesten van Noord-Amerika. Ingeburgerd in West-Europa.
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreiding Roze winterpostelein
FLORON Verspreidingsatlas vaatplanten