Anagallis arvensis subsp. foemina

Algemeen

Het was reeds Dioscorides in de 1e eeuw na Chr. opgevallen dat deze plant voorkwam met twee gekleurde bloemen. Een rode variant (Anagallis arvensis) en een blauwe variant (Anagallis coerulea). Hij deelde de Rode variant in bij de mannelijke Guigelheil en de Blauwe variant in bij de vrouwelijke Guigelheil. Niet vreemd , gezien de autoriteit van Dioscorides (hij bepaalde dit). Ook Plinius (een tijdgenoot kende de twee kleurvarianten. Pas veel later is deze "fout" rechtgetrokken door Linnaeus De bloemen staan open tussen ongeveer acht uur 's morgens en drie uur 's middags. Blauw guichelheil bloeit in Mei tot en met de herfst.

Er komen 3 Guichelheil  (Anagallis) soorten in het wild voor in Nederland:

  • Blauw guichelheil (Anagallis arvensis subsp. foemina) - zeldzaam
  • Rood guichelheil (Anagallis arvensis subsp. arvensis) - algemeen
  • Teer guigelheil (Anagallis tenella) - zeldzaam

Verklaring Wetenschappelijke naam

De officiële wetenschappelijke naam is Anagallis arvensis subsp. foemina (Mill.) Schinz & Thell. ex Schinz & R. Keller

Er zijn verschillende verklaringen:

  • Anagallis komt van anagalao (Grieks) en betekent "ik lach". Men dacht vroeger dat dit plantje melancholie (depressie) verdreef.
  • Anagallis komt van Ana (Latijn) en betekent "weer" en Agaalo (Latijn) en betekent "versieren". Dit "weer" versieren" komt omdat guigelheil meestal een tweede keer bloeit.

Subsp. is een afkorting van subspecies. Dit is Latijn en betekent letterlijk "onder de soort". Hiermee wordt bedoeld dat het geen losstaande soort is maar een iets afwijkende plant dan zijn/haar originele soort.

Foemina is de oudlatijnse naam voor "vrouw", de "foute" blauwe bloemen, zie de uitleg hierboven.

Veel planten hebben bij het tweede gedeelte van de wetenschappelijke naam de woorden Arvense/Arvensis of Campestre/Campestris of Pratense/Pratensis gekregen. Al deze soorten kunnen dan overal voorkomen. Eigenlijk word hiermee gezegd dat de betreffende plant meestal geen specifieke bodemsamenstelling nodig heeft. De naam dient ook vaak ter onderscheid van andere soorten. Arvense/Arvensis komt van Arvum en is Latijn en betekent "grond/akker". Campestre/Campestris is Latijn en betekent "(open) veld". Pratense/Pratensis is Latijn en betekent "van de weide".

Meestal staat er achteraan de wetenschappelijke naam een afkorting. Dit is de afkorting van een wetenschapper/botanicus die deze plant deze plant heeft ontdekt/verzameld en tot details heeft beschreven. Soms staat er een tweede afkorting. Dan heeft een andere wetenschapper/botanist de plant nog beter  beschreven en iets gewijzigd. De eerste naam komt dan tussen haakjes te staan. In dit geval is dit (Mill.) en Schinz & Thell.

Mill. staat voor Philip Miller (1691 - 18 december 1771) was een Britse plantkundige. Van 1722 tot 1770 was Miller hortulanus van de botanische tuin Chelsea Physic Garden. Voor botanische namen is hij van groot belang omdat hij overzichtswerken publiceerde, juist in de tijd vlak voor en vlak na het magnum opus van Linnaeus. Daardoor is hij de eerst bekende auteur van een groot aantal botanische namen. In 1768 beschreef hij de soort als Anagallis foemina als eerste in zijn publicatie The Gardeners Dictionary.

   

Schinz staat voor Hans Schinz (6 december 1858 - 30 oktober 1941). Hij was een Zwitserse ontdekkingsreiziger en botanicus en hij beschreef de soort opnieuw als Anagallis arvensis in zijn publicatie Flora der Schweiz. Dit deed hij samen met de botanicus Albert Thellung.

   

Thell. staat voor Albert Thellung (12 mei 1881 - 26 juni 1928). Hij was een Zwitserse botanicus . Thellung leverde bijdragen aan de derde (1909-14) en vierde (1923) edities van Schinz en Keller's Flora der Schweiz .

ex, is een afkorting bij een auteurcitatie die aangeeft (in de plantkunde) dat de eerste auteur het taxon heeft beschreven, maar dat de tweede auteur de eerste geldige formele beschrijving heeft gegeven.

R. Keller staat voor Robert Keller (24 september 1854 - 8 juli 1939). Hij was een Zwitserse botanicus uit Oberembrach. Als botanicus hield zijn primaire onderzoek zich bezig met plantsystematiek en floristiek . Samen met Hans Schnitz beschreef hij in 1909 de plant als ondersoort in de publicatie Flora der Schweiz (deel 1).

Meer

Zie ook de Nederlandse verklaring

Namen in andere talen

  • English: Blue Pimpernel
  • Français: Mouron bleu
  • Deutsch: Blauer Gauchheil
  • Espanõl: Herba de les embronies
  • Italiano: ?
  • Svenska: Blåmire
  • Norsk: Flise-nonsblom
  • Dansk: Blå arve

Verklaring Buitenlandse namen

De Engelse naam is Blue pimpernel of Poor-Man´s-Weatherglass

  • Blue Pimpernel. Scarlet pimpernel is de naam voor Rode guichelheil. De blauwe variant heet ook Pimpernel. The Scarlet Pimpernel is de eerste roman geschreven door barones Orczy en voor het eerst gepubliceerd in 1905.De Scarlet Pimpernel is de naam van een ridderlijke Engelsman , Sir Percy Blakeney, in de tijd van de verschrikkingen in Frankrijk. Hij redt aristocraten voordat ze door de gewelddadige regering in het revolutionaire Frankrijk kunnen worden gedood. Deze plant werd al snel het symbool voor deze heldhaftige Engelsman. De naam Scarlet pimpernel zal nog eeuwig gebruikt worden voor mensen zoals Percy Blakeney.
  • Poor-Man´s-Weatherglass. De bloemen van deze plant staan open tussen ongeveer acht uur 's morgens en drie uur 's middags. Ook bij bewolkt weer, of kou of regen, sluiten de bloemen (iets wat heel veel planten doen!) Een "arme/gewone man of herder hoefde dus alleen maar Guichelheil te vinden om iets te zeggen over het weer of het tijdstip. Dit geldt dus voor beide kleurvarianten, zowel de rode als de blauwe.

Voor de verspreiding van Blauw guichelheil in Engeland zie deze kaart.

De Franse naam is Mouron betekent letterlijk "guichelheil".

De Duitse naam is Blauer Gauchheil. Dit is het zelfde als de Nederlandse naam.

Voor de verspreiding van Blauw guichelheil in Duitsland zie deze kaart.

De Spaanse naam is Herba de les embronies.  Dit betekent "kruid van de embry's". Een beetje vreemde naam die ik nog niet kan verklaren. Misschien om de wetenschappelijke naam, met name het woordje Foemina, te duiden. 

Er is niet één specifieke Italiaanse naam voor een plant, dit verschilt per regio. Er is een algemene volksnaam en ook nog een variatie of een volledige andere naam in een van de 17 provincies. Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.

De Italiaanse naam is mij onbekend. Ik zie ook geen waarnemingen in Italië.

De Zweedse naam is Blåmire. Dit betekent "blauwe modder/slijk". Een Guichelheil-soort groeit het liefst op een redelijke vochtige bodem.

De verspreiding van Blauw guichelheil in Zweden is onbekend.

De Noorse naam is Flise-nonsblom. Flise betekent "tegel", waarom is mij nog niet bekend. De naam Nonsblom verwijst naar een Noorse traditie waarbij op vaste tijdstippen werd gegeten. De Non was de maaltijden tussen de middag en 's nachts. Dus als de bloem sluit, ongeveer 15 uur, dan begon de Non.

De Deense naam is Blå arve. Blå betekent natuurlijk "blauw", naar de kleur van deze plant. Arve betekent letterlijk erfgoed maar het is een algemene Scandinavische term voor Kruid

Ecologie & Verspreiding

Ecologie

Bodem
Zonnige, warme, open plaatsen op vochtige, kalkrijke, matig voedselrijke grond (zand en mergel).

Groeiplaats
Akkers (graanakkers), omgewerkte grond, braakliggende grond, tuinen (moestuinen) en ruderale plaatsen bij graanpakhuizen, korenmolens en meelfabrieken.

Verspreiding

Nederland
Zeer zeldzaam in Zuid-Limburg en op enkele andere plaatsen.

Vlaanderen
Zeer zeldzaam of onbestendig. De verspreiding is onvoldoende bekend, door verwarring met blauwbloeiende exemplaren van Rood guichelheil.

Wallonië
Zeldzaam in het Maasgebied en in de zuidelijke Ardennen. Elders zeer zeldzaam.

Wereld
Oorspronkelijk uit Zuid-Europa. Vrij zeldzaam in Midden- en Zuid-Europa.

Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL

Verspreiding Anagallis arvensis subsp. foemina

FLORON Verspreidingsatlas vaatplanten

Foto's