Algemeen
Men kan er niet omheen. Dit is de plant waar filosoof Socrates in 399 voor Christus mee om het leven is gebracht. De plant bevat coniine, een nicotone-achtig alcaloide waarvan 10 mg per kilo mens al dodelijk kan zijn. Een oplossing hiervan werd gebruikt om de doodvonnis van Socrates te voltrekken ("de scheerling beker"}. De plant komt in Nederland niet veel voor in het wild en staat dan ook als zeldzaam te boek. Maar de laatste tijd (2020) verandert dit langzaaam. De plant komt langzaam via de snelweg in Zuid-Limburg Nederland binnen. Het hele verhaal kunt u verder op lezen in het bericht "planten in het nieuws". Omdat Gevlekte scheerling erg veel lijkt op andere Schermbloemigen (Apiaceae of Umbelliferae: beide wetenschappelijke namen zijn toegestaan) is een goede flora in dit geval niet overbodig!! Hij bloeit in Juni tot in de herfst.
Op de website van Flora van Nederland is een Videodeterminatie van deze plant te zien.
Er komen minstens 20 soorten Schermbloemige voor in Nederland. Er vallen natuurlijk veel meer planten onder deze familie. Sommige soorten zijn Schermbloemige maar zien er heel anders uit. Sommige zijn echt zeldzaam. Op deze lijst staan alleen de vergelijkbare "witte" schermbloemige:
- Akkerdoornzaad (Torilis arvensis) - zeer zeldzaam
- Dodemansvingers (Oenanthe crocata) - zeer zeldzaam
- Fluitenkruid (Anthriscus sylvestris) - algemeen
- Gevlekte scheerling (Conium maculatum) - vrij zeldzaam
- Gewone berenklauw (Heracleum sphondylium) - algemeen
- Gewone engelwortel (Angelica sylvestris) - algemeen
- Heelkruid (Sanicula europaea) - zeldzaam
- Heggendoornzaad (Torilis japonica) - algemeen
- Hondspeterselie (Aethusa cynapium) - algemeen
- Karwij - zeldzaam
- Kleine bevernel (Pimpinella saxifraga) - vrij zeldzaam
- Kleine watereppe (Berula erecta) - algemeen
- Melkeppe (Peucedanum palustre) - algemeen
- Pastinaak (Pastinaca sativa) - algemeen
- Pijptorkruid (Oenanthe fistulosa) - algemeen
- Reuzenberenklauw (Heracleum mantegazzianum) - algemeen
- Waterscheerling (Cicuta virosa) - vrij zeldzaam
- Watertorkruid (Oenanthe aquatica) - algemeen
- Peen (Daucus carota) - algemeen
- Zevenblad (Aegopodium podagraria) - algemeen
Verklaring Wetenschappelijke naam
De officiële wetenschappelijke naam is Conium maculatum L.
Conium is afgeleid van kanao, konos of koneisthai (Grieks) wat "in een kring ronddraaien" betekent, een verwijzing naar de duizeligheid die optreedt bij het eten van deze plant.
Maculatum komt van Macula (Latijn) en betekent "gevlekt", wat duidt op de vlekken op de stengel.
Meestal staat er achteraan de wetenschappelijke naam een afkorting. Dit is de afkorting van een wetenschapper/botanicus die deze plant deze plant heeft ontdekt/verzameld en tot details heeft beschreven. Soms staat er een tweede afkorting. Dan heeft een andere wetenschapper/botanist de plant nog beter beschreven en iets gewijzigd. De eerste naam komt dan tussen haakjes te staan. In dit geval is dit L. Dit staat voor Carl Linnaeus. In 1753 beschreef hij Conium maculatum als eerste in de publicatie Species Plantarum.
Meer
Zie ook de Nederlandse verklaring.
Namen in andere talen
- Frysk: Giftich piipkrûd
- English: Poison hemlock, Poison parsley
- Français: Grande ciguë, Cigüe tachée
- Deutsch: Gefleckter Schierling
- Espanõl: Encaje cimarrón
- Italiano: Cicuta maggiore
- Svenska: Odört
- Norsk: Giftkjeks
- Dansk: Skarntyde
Verklaring buitenlandse namen
Er zijn twee Engelse namen:
- Poison hemlock: Dit betekent "giftige hemlock". De herkomst van het woord Hemlock is eigenlijk niet zeker. Waarschijnlijk komt het uit het Oud-Engels. Het zou afstammen van hymlic of hemlic. Maar in ieder geval is de naam honderden jaren oud! Dat hij giftig is staat bij de Nederlandse en de wetenschappelijke naam beschreven en is haast onvermijdelijk ergens niet te lezen. Overigens heeft de naam absoluut niets te maken met de Hemlockspar (Tsuga). Deze is van het geslacht uit de dennenfamilie (Pinaceae).
- Poison parsley: Dit betekent "giftige peterselie". Parsley betekent dus "peterselie". Deze plant lijkt heel veel op Peterselie (maar ook op andere Schermbloemigen).
Voor de verspreiding van Gevlekte scheerling in Engeland zie deze kaart.
Er zijn twee Franse namen:
- Grande ciguë: Dit betekent "grote peterselie". In Frankrijk wordt hiermee bedoeld dat hij groter is dan Hondspeterselie. Maar ook hier geldt Gevlekte scheerling lijkt op Peterselie maar is het absoluut niet.
- Cigüe tachée: Dit betekent "gevlekte peterselie".
De Duitse naam is Gefleckter Schierling: Net zoals de Nederlandse naam, "gevlekte scheerling".
Voor de verspreiding van Gevlekte scheerling in Duitsland zie deze kaart.
De Spaanse naam is mij onbekend. Er zijn zoveel varianten dat ik niet weet welke de meest gebruikte naam is.
In Spanje kent men minstens vier namen voor elke plant. De algemene volksnaam, de Catalaanse naam (Provincie in Noord+Oost Spanje tegen de Pyreneeën aan), de Gallische naam (provincie in Noord-West-Spanje) en de Baskische naam (provincie in West-Spanje tegen de Pyreneeën aan). Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.
De Italiaanse naam is Cicuta maggiore. Dit is de eerste wetenschappelijke voor een plant uit het zelfde geslacht als de Waterscheerling (Cicuta virosa). Maggiore betekent "grotere". Deze plant is niet groter/kleiner dan de Waterscheerling. Het is puur ter onderscheid. De Waterscheerling heet in Italië Cicuta aquatica.
Er is niet één specifieke Italiaanse naam voor een plant, dit verschilt per regio. Er is een algemene volksnaam en ook nog een variatie of een volledige andere naam in een van de 17 provincies. Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.
De Zweedse naam is Odört: Deze naam komt van het oude Zweedse woord Odher wat "wild/ gek" betekent.
Voor de verspreiding van Gevlekte scheerling in Zweden zie deze kaart.
De Noorse naam is Giftkjeks. Dit betekent "giftig koekje".
De Deense naam is Skarntyde. Van dit woord weet ik maar de helft. Skarn betekent "drek". Maar de volledige betekenis is mij onbekend.
Ecologie & Verspreiding
Ecologie
Bodem
Zonnige, warme plaatsen op matig droge tot meestal vochtige, matig voedselrijk tot voedselrijke, omgewerkte of verstoorde, vaak kalkhoudende grond. Ook in brak milieu (zand, klei, mergel en stenige plaatsen).
Groeiplaats
Heggen, struwelen, ruigten (humeuze ruigten), bermen, rivierdijken, zeedijken, begraafplaatsen, omgewerkte grond, langs spoorwegen (spoorbermen), braakliggende grond, ruderale plaatsen, akkers, waterkanten (langs greppels, op basaltglooiingen en op aanspoelselgordels) en zeeduinen.
Verspreiding
Nederland
Vrij zeldzaam in Zuid-Limburg en in de Hollandse en Zeeuwse duinen, zeldzaam in het rivierengebied, in de Kempen en in het oosten van het land. Elders zeer zeldzaam maar de plant komt de laatste jaren massaal voor langs veel snelwegen, ook vooral in de middenbermen.
Vlaanderen
Vrij zeldzaam. Het meest in de duinen, de Maasvallei en de Leemstreek.
Wallonië
Vrij zeldzaam in het Maasgebied en in de oostelijke Ardennen. Het meest in de Kalkstreek.
Wereld
Europa, behalve in de noordelijkste delen. Ook in West-Azië en in het noordwesten, oosten en zuiden van Afrika. Ingeburgerd in o.a. Noord-Amerika.
Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL
Planten in het nieuws
Verspreiding Conium maculatum
FLORON Verspreidingsatlas vaatplanten